• Levensruil

    ‘Derakshan zou mijn plaats kunnen innemen als ik er niet meer ben. Dan kan ze arts worden.’ Glimlachend kijkt de 14-jarige Maartje in de camera. ‘En ze zou mijn zus en ouders kunnen steunen.’ In 2004 schrijft de doodzieke Maartje van Winkel een brief aan toenmalig minister Verdonk. Gloedvol betoogt ze dat Derakshan, een Afghaans meisje, de slimste van de klas is en dat ze tienen voor exacte vakken haalt. En of haar vriendin alsjeblieft in Nederland mag blijven.

  • ‘Ik ben geen schrijver van de kale, zuivere roman.’ In gesprek met Maarten van der Graaff

    In de Utrechtse wijk Lombok, op loopafstand van de grootste moskee van Nederland, praten we over geloof, schrijven en onze studententijd. Maarten van der Graaff groeide op in een gereformeerd gezin op Goeree-Overflakkee. Na twee dichtbundels schreef hij zijn debuutroman Wormen en engelen. Binnenkort spreek je op de Literatuurdag van het Christelijk Literair Overleg. Hoe kijk je ernaar uit? Ik heb er zin in, ook al zie ik er een beetje tegenop.

  • Nee, er komt geen boek. Ik schrijf niet.

    Meer dan een jaar heb ik archiefwerk gedaan, mensen geïnterviewd, en een mogelijk romanthema uitgediept. Voorzichtig ben ik lijstjes gaan maken. Een netwerk gaan opbouwen. Ondertussen trainde ik mijn lijf, bracht mijn kind naar school en hing de was op.

  • Het menselijk tekort

    Arme oude zure druif / Renate Dorrestein / hoe kan dat nou? / is de tijd je voorbij gevlogen / hou je het allemaal niet meer bij / leef je leven / gisteren in plaats van / vandaag / arme oude zure druif

  • Het laatste licht optekenen

    ‘Een depressie kan ons allemaal overkomen,’ zegt staatssecretaris Blokhuis. ‘Erover praten kan beginnen met een simpel ‘hey’. Door het bespreekbaar te maken, hebben mensen die depressief zijn niet langer het gevoel er alleen voor te staan. Dat is heel waardevol, want iedereen moet kunnen meedoen.’ Ik weet niet of het aan mij ligt, maar ik moet bij dit citaat prompt aan De luizenmoeder denken. Juf Ank is erg van het ‘iedereen moet kunnen meedoen’. Twee vaders? Kinderen met een kleurtje? Op haar Ank-toon: ‘Dat is niet raar, dat is bijzonder.’

  • “Je boek is mij tot troost”

    Boekenrecensent Evelien de Nooijer schreef op mijn Facebook-pagina: “Ik heb wel eens heel erg zitten zeuren dat christenen niet kunnen schrijven. Tot in het RD en de Trouw aan toe. Maar jij hebt laten zien dat ik ongelijk heb. Daarom ben ik ook zo blij met jou. Er is echt heel weinig goede literatuur met een christelijke inhoud. Op een gegeven moment ga je gewoon een beetje twijfelen aan de inhoud van het (Nederlandse) christendom. Als het blijkbaar niet meer inspireert leeft het dan nog wel echt. Want goede kunst heeft altijd met echtheid te maken, denk ik. Iedere lezer heeft in de gaten of je echt bent of alleen…

  • Libris

    Libris Literatuurprijs

    Onalngs werd de longlist van de Libris Literatuurprijs bekend gemaakt. Mijn boek heeft het niet gehaald. Maar ik vind het een erkenning dat de uitgeverij “Een hemel zonder schroeven” heeft ingezonden (zie groslijst).  http://www.librisliteratuurprijs.nl/2018-groslijst

  • Elkaar in de ziel kijken

    Wie ben je, met je bijzondere begaafdheid, je anders-zijn, je isolement? Hoe verhoud je je tot de wereld? Kolja, de nieuwe roman van Arthur Japin, heeft het weer allemaal.

  • Mijn opoefiets

    Als puber verruilde ik mijn versnellingenfiets voor een aftandse opoefiets. Door weer en wind fietste ik op dat barrel naar school. Mijn oma was er blij mee. Als ze bij ons was, fietste ze op mijn fiets naar de Wibra (want in het westen had je die niet, volgens haar). Vandaag, 9 november 2017, is het zeventien jaar geleden dat ik werd aangereden. Nu is dat helemaal niet zo bijzonder, maar dit jaar is het 17/17 (zeventien jaar ervoor, zeventien jaar erna). Merkwaardig, de menselijke geest. Dat zoiets gevierd moet worden. Dat ik een borrel moet drinken. Dat ik vandaag een ode moet schrijven aan mijn opoefiets.